Een nieuwe verjaardag: Isabelle viert haar eerste stamcelverjaardag
De 25-jarige Isabelle kreeg twee keer achter elkaar te horen dat ze acute myeloïde leukemie (AML) had. De eerste keer kon ze haar eigen donor zijn. De tweede keer was een onbekende stamceldonor haar enige hoop op genezing. Op haar eerste ‘stamcelverjaardag’ kijkt ze terug op een periode die haar leven compleet veranderde én op de donor die haar een nieuwe kans gaf.
Page content
De eerste klap: “Ergens geloof je het ook niet”
Ze zit op het terras op het moment dat ze voor het eerste te horen krijgt dat het goed mis is. Haar huisarts belde: ‘Je moet nu met spoed komen, je bloed is niet goed.’
“Je gaat gelijk in een soort modus. Ze wilden me meteen opnemen, maar ik vroeg of ik nog even naar huis mocht. Dat mocht gelukkig. Dat weekend kwamen al mijn vrienden en familie langs, iedereen was in shock.”
Isabelle start het behandeltraject en ontvangt haar eigen stamcellen. Ze krijgt te horen dat ze genezen is.
Een nóg hardere terugslag
Vijf maanden later voelt ze botpijn. Ze vertrouwt het niet en laat het onderzoeken. De leukemie is terug.
“Die kwam nog harder aan. Eindelijk ging het weer goed, lichamelijk en mentaal. Ik begon weer leuke dingen te doen. En toen was het weer mis. De tweede keer ga je toch twijfelen: hoe ga ik dit nóg een keer doorstaan?”
Ze mag nog heel even op vakantie voordat de behandelingen weer beginnen.
“Je kan niks anders dan opnieuw in het diepe springen. Je hebt niet veel keuze.”
Een onbekende donor
Dit keer is een donortransplantatie nodig. Tot Isabelles opluchting wordt er snel een passende onbekende stamceldonor gevonden.
“Binnen een maand hadden ze iemand. Dat gaf rust. Maar ik vond het wel spannend dat het nu een donor moest zijn. Ik ging online opzoek naar verhalen en las zoveel horrorverhalen”
De zwaarste strijd kwam pas daarna
Na de transplantatie mag Isabelle na drie weken naar huis, maar al na drie dagen moet ze terug naar het ziekenhuis. Ze blijkt VOD te hebben: een ernstige levercomplicatie.
“Dat was nog erger dan de leukemie. Ik dacht echt dat ik doodging. Ik was zo op. Ik heb tegen mijn moeder gezegd: ‘Het is goed zo. Dit is hoe ik mijn uitvaart wil.’ Mijn artsen hebben met mijn familie besproken dat ik binnen een paar dagen er niet meer kon zijn.”
Uiteindelijk slaan de medicijnen aan.
“Vanaf februari kon ik pas weer echt kleine stapjes zetten. Nu sport ik weer, train ik mijn hockeyteam en ben ik bezig om op wintersport te kunnen skiën.”
Een bijzondere dag: Isabelles eerste stamcelverjaardag
Isabelle krijgt de stamcellen van haar onbekende donor. Een jaar later viert ze haar eerste stamcelverjaardag.
“Het is een extra verjaardag. Het voelde speciaal. Ik ging met mijn ouders en beste vriendin eten en kreeg cadeautjes. Je viert dat je dit jaar goed bent doorgekomen. Het voelt als een overwinningsgevoel.”
Haar boodschap aan iedereen die twijfelt over donor worden
Isabelle denkt geen seconde na over wat ze tegen potentiële stamceldonoren wil zeggen: “Sowieso doen. Je kan letterlijk iemands leven redden. Het is zo’n kleine moeite voor zo’n groot gebaar. Ik heb het bij mezelf gedaan, terwijl ik ziek was, en ik vond het meevallen. Laat staan als je gezond bent.”
Ze benadrukt dat één donor veel meer impact heeft dan alleen op de patiënt.
“Je helpt niet alleen mij, maar ook mijn ouders, mijn broer, mijn zus, mijn vrienden … iedereen! Mensen vergeten dat vaak.”
En ze sluit af met een krachtige oproep:
“Je gunt dit niemand. Zelfs mijn ergste vijand niet. Je gunt iedereen het leven dat jij als donor hebt, in plaats van een ziekenhuisleven.”